
Wat is OCD.
Bij personen die aan obsessief-compulsieve stoornis (OCD) lijden, heerst vaak de sterke overtuiging dat hun intrusieve gedachten of zorgen werkelijkheid zullen worden.
OCD bestaat uit twee componenten: obsessies en compulsies. Obsessies zijn ongewenste intrusieve gedachten, beelden en driften (drang) die angst, walging en/of onrust veroorzaken. In een poging om het dit te verlichten, zal de persoon met OCD zich bezighouden met dwanghandelingen, dit zijn fysieke of mentale gedragingen (compulsies) die al dan niet repetitief zijn, en het vermijden van triggers, die allemaal op korte termijn verlichting bieden maar uiteindelijk de OCD cyclus in stand houden. Zelfs als het risico op gevaar als laag wordt ingeschat door de persoon met OCD (bijvoorbeeld een kleine kans op inbraak in hun huis), kan hun versterkt verantwoordelijkheidsgevoel en angstgevoelens hen toch aanzetten tot compulsief handelen ter bescherming.
De drijfveer achter OCD is vaak de angst voor mogelijke gevolgen, hoe onwaarschijnlijk ook. Voor iemand met OCD kan een risico van slechts 0,01% net zo dreigend lijken als een risico van 99,9%.
Emotionele reacties spelen een cruciale rol in het voortbestaan van OCD. De manier waarop iemand met OCD op gedachten reageert, biedt inzicht in de oorsprong van deze emoties. Het volgende voorbeeld illustreert hoe verschillende reacties op gedachten onze emoties en gedragingen beïnvloeden, herkenbaar voor zowel mensen met als zonder OCD:
Je zit 's avonds laat in je woonkamer. Plots hoor je een tik tegen het raam.
Een mogelijke gedachte is: 'Het is vast een tak die door de wind beweegt', waarna je je geïrriteerd voelt over het storende geluid, maar besluit het te negeren en verder te gaan met je activiteiten.
Een andere gedachte zou kunnen zijn: 'Misschien is het een vriend die me verrast', wat een gevoel van opwinding en nieuwsgierigheid teweegbrengt, en je motiveert om naar het raam te lopen en te kijken.
Maar je zou ook kunnen denken: 'Dit is een teken van gevaar, misschien is er iemand buiten', wat leidt tot gevoelens van angst en paranoia. Dit zou je kunnen aanzetten om alle deuren/sloten te controleren en beveiligingsmaatregelen te herzien, zelfs als er geen reëel gevaar is.
Wat dit voorbeeld laat zien, is dat dezelfde gebeurtenis mensen compleet verschillende emoties (boos, blij, angstig) kan laten voelen en hen heel verschillend kan laten handelen, vanwege hun verschillende overtuigingen over de gebeurtenis.
De Sprong in het Onbekende: Het Beslissende Moment van Bungeejumpen
Je staat op het platform, klaar voor de bungeejump. Diep van binnen weet je dat de uitrusting veilig is, maar terwijl je aan de rand staat, je tenen over de afgrond, voel je een overweldigende angst. Je hart bonst in je keel terwijl je naar beneden kijkt. Het is de gedachte, dat 'wat als' er iets misgaat, die je angst aanwakkert. Je weet dat de kans op een ongeluk minimaal is, je verstand zegt dat je 99,9% veilig bent, maar toch voel je een golf van paniek zodra je springt. Stel je voor dat je voortdurend elk klein risico in het leven zo intens ervaart en je verantwoordelijk voelt om alle mogelijke gevaren te vermijden. Dat geeft een idee van hoe het leven met OCD kan zijn. Mensen met OCD voelen vaak de noodzaak om 'voor de zekerheid' handelingen uit te voeren, zelfs als ze weten dat hun zorgen overdreven zijn.
Een intenser voorbeeld dat het concept van ongewenste intrusieve gedachten in de context van obsessieve-compulsieve stoornis (OCD) illustreert, zou kunnen zijn als volgt:
Stel je voor dat een groep mensen, waaronder klinisch psychologen en psychiaters, deelneemt aan een workshop over OCD. De workshopbegeleider begint met het stellen van een vraag aan de deelnemers: "Geloven jullie dat het enkel denken of uitspreken van een gedachte deze niet werkelijkheid kan maken?" Het publiek stemt hiermee in, erkennend dat gedachten op zichzelf geen magische kracht bezitten om gebeurtenissen te veroorzaken.
Vervolgens introduceert de begeleider een krachtige oefening. De deelnemers worden gevraagd om de naam van een dierbare op een stuk papier te schrijven. Daarna moeten ze een hypothetische, maar zeer verontrustende situatie opschrijven: het idee van deze geliefde persoon voor een aanstormende trein duwen. Deze gedachte is extreem en verontrustend, maar het is belangrijk te benadrukken dat het slechts een gedachte is en geen weerspiegeling van de werkelijke intenties of verlangens van de deelnemers.
Deze oefening confronteert de deelnemers met de intense angst en afkeer die dergelijke ongewenste, intrusieve gedachten kunnen oproepen. Veel deelnemers zullen waarschijnlijk moeite hebben om deze oefening uit te voeren, ondanks hun rationele begrip dat gedachten op zichzelf geen realiteit kunnen creëren. Sommigen zullen wellicht weigeren de verklaring op te schrijven, terwijl anderen die dat wel doen, het papier misschien vernietigen om hun angst en afkeer te bezweren.
Dit voorbeeld illustreert op krachtige wijze hoe obsessieve gedachten, zelfs als ze volledig ongegrond en ongewenst zijn, een diepgaande emotionele reactie kunnen teweegbrengen en kunnen leiden tot dwangmatige handelingen, zoals het verscheuren van het papier. Deze oefening helpt de deelnemers empathie en begrip te ontwikkelen voor de dagelijkse strijd van mensen met OCD, waarbij ongewenste gedachten een constante bron van angst en onrust kunnen zijn.
Voor iemand die niet bekend is met de uitdagingen van OCD, kan het ongrijpbaar zijn hoe een schijnbaar onbelangrijke gedachte zo'n immense controle kan uitoefenen over iemand. Het overbrengen van deze realiteit is complex, maar het is cruciaal om te erkennen dat OCD een angststoornis is. Dergelijke gedachten, geworteld in angst of dreiging, wekken voor de betrokkene een overweldigend en aanhoudend gevoel van angst op. Deze angst is niet alleen intens maar ook voortdurend, waardoor de persoon in een constante staat van verhoogde alertheid en onrust verkeert.
“Ik weet hoe het is om 24/7 gebombardeerd te worden met het gevoel van angst”
Stel je voor dat je in een bos wandelt. Je bent verdiept in je gedachten, luistert naar het gefluit van vogels, en geniet van de rust. Plotseling hoor je geritsel achter je. Je draait je om en ziet een slang op het pad. Je hart begint te bonzen, je handpalmen worden zweterig en je voelt een golf van angst door je heen schieten. Je realiseert je dat je niet hebt opgelet op je omgeving.
De angst zorgt ervoor dat je snel handelt, je neemt een stap terug en laat de slang voorbij gaan. Het gevaar is echt, maar je reactie heeft je beschermd. Zodra de slang verdwijnt, begin je weer te lopen. Naarmate je verder van de plek waar de slang was loopt, neemt je angst af. Wanneer je het bos verlaat, voel je je weer kalm. Je bent jezelf dankbaar dat je goed hebt gereageerd, maar ook een beetje boos dat je niet meer op je omgeving hebt gelet. De angst is snel weg, maar de herinnering aan het voorval blijft, als een herinnering om meer bewust te zijn van je omgeving.
Herken je zo'n gevoel? Ja, natuurlijk wel, wie heeft niet zoiets op enig moment gedaan?
In een normale situatie vermindert angst zodra het dreigende gevaar verdwijnt. Echter, bij iemand met obsessieve-compulsieve stoornis (OCD) persisteert de angst, het is alsof er een aanhoudend alarm afgaat waarvan het geluid niet afneemt. Dit komt omdat ze de wereld als gevaarlijker ervaren en een diepgewortelde verantwoordelijkheid voelen om onheil te voorkomen. Dit wordt versterkt door voortdurende, ongewenste intrusieve gedachten die zij zien als indicaties van risico. Deze gedachten betreffen vaak zaken die voor hen van grote waarde zijn.
Bij OCD zorgen compulsieve handelingen ervoor dat men niet leert dat hun angst ongegrond is. Doordat de gevreesde uitkomsten niet werkelijkheid worden, geloven zij dat hun handelingen zinvol waren. Deze cyclus van angstgedreven gedachten en compulsies houdt de angst in stand. Situaties en gedachten die angst oproepen, leiden tot negatieve interpretaties over mogelijke gebeurtenissen. De angst blijft voortbestaan totdat een dwangmatig gedrag wordt uitgevoerd. Deze continue cyclus van negatieve interpretaties en dwangmatige gedragingen versterkt de problematiek. In plaats van een uitweg, verdiept men de problemen verder.